De Profeet gzevzmh noemde haar...
'de moeder van zijn vader´!
Na de Hegira [migratie naar Medina], woonde ze bij hem in hetzelfde huis. Ze was de laatste die hem zag wanneer hij op reis ging, en de eerste die hem zag toen hij terugkwam. De Profeet vond rust, kalmte, sereniteit en tederheid in het Huis van Fatima en Ali, haar man, omdat dit huis de islam belichaamde in al zijn waarden, in al zijn betekenissen, in al zijn spiritualiteit en in al zijn jihad.

De Profeet wist dat zijn dochter de hele nacht tot het ochtendgloren ´bij de Heer woonde´. Volgens haar zoon Imam al-Hassan, die al heel jong naar haar keek, ´bad ze tot haar voeten opgezwollen waren´. Intelligent en bijzonder bewust als hij was, was hij toch verbaasd om haar te horen bidden voor de gelovigen, en dus niet voor zichzelf.
Zij die zelf zeer kwetsbaar en zwak was, vanwege haar huishoudelijke werk...
En haar lijden, wanneer ze met deviantie werd geconfronteerd...

~bron~
Geen opmerkingen:
Een reactie posten