zondag 24 oktober 2021

adoro te










1 Adorote devo-ote, latens Deitas
Ik aanbid met eerbied U-U, Gij verborgen God

Quæ sub his figu-uris vere latitas
die onder dit teken hie-ier waarlijk Zich verschuilt

Tibi se-e cor me-eum totum subicit
aan U onderwe-erpt zi-ich heel en al mijn hart

Quia te conte-emplans totum deficit.
want U schouwend wee-et ik dat dat niets vermag.

2 Visus, tactus, gu-ustus in te fallitur
Oog, en smaak, en ta-astzin, word' in U misleid

Sed auditu so-olo tuto creditur
het geloof steunt veilig slechts op dat wat het hoort

Credo qui-idquid di-ixit Dei Filius
ik geloof in al wat Go-ods Zoon verkondigd heeft

Nil hoc verbo ve-eritátis verius.
niets is meer waar dan het woord van de Waarheid zelf.

3 In cruce late-ebat sola Deitas
Op het kruis ging sle-echts Uw heil'ge Godheid schuil

At hic latet si-imul et Humanitas
hier blijft echter oo-ok Uw Mensheid diep verhuld

Ambo ta-amen cre-edens atque confitens
toch belijdend bei-eide-e met een vast geloof

Peto quod peti-ivit latro pœnitens.
vraag ik wat berou-ouwvol U de rover vroeg.

4 Plagas, sicut Tho-omas, non intueor:
Ik zie niet Uw wo-onden, als eens Thomas deed

Deum tamen me-eum te confiteor.
toch wil ik belij-ijden U-U als mijn God

Fac me ti-ibi se-emper magis credere
doe in U geloven mij-ij altijd méér en meer

In te spem habe-ere, te diligere.
doe op U mij ho-open, U beminnen teer.

Te diligere...
U beminnen teer...

5 O memoria-ale mortis Domini!
O memoriaal te-eken van des Heren dood

Panis vivus, vi-itam præstans homini!
Levend Brood, dat aan de mens he-et leven geeft

Præsta meæ-æ me-enti de te vívere,
geef me dat mijn gee-eest i-in Ú zijn leven vindt

Et te illi se-emper dulce sapere.
geef hem als zijn zoetigheid Ú te smaken steeds

6 Pie Pelica-ane, Jesu Domine
Pelikaan vol goe-oeddheid, Jesus onze Heer

Me immundum mu-unda tuo sanguine:
reinig mij, onrei-eine, met uw zuiver Bloed

Cujus u-una sti-illa salvum facere
waarvan slechts één druppel ze-elfs al verlossen kan

Totum mundum qui-it ab omni scelere.
heel het we-ere-eldrond van de zondenval.

7 Jesu, quem vela-atum nunc aspicio
Jesus, die geslui-uierd ik hier nu aanschouw

Oro, fiat i-illud quod tam sitio:
moge lessen, bid ik U, zich mijn grote dorst

Ut te re-evela-ata cernens facie
dat ik ongesluierd ziende U-Uw aangezicht

Visu sim beá-átus tuæ gloriæ.
zalig zij door 't schou-ouwen van uw heerlijk Licht.  

Amen.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten