vrijdag 28 februari 2020

candida -3

Hoor, daar is mijn lief!

Kijk, daar komt Hij aan!

Springend komt Hij over de bergen, over de heuvels komt hij aangesneld! Mijn lief is als een gazel, Hij lijkt wel het jong van een hert! Daar staat Hij, achter de muur van ons huis. Hij ziet door het venster, en kijkt door de tralies naar binnen.

Nu roept mijn lief, en zegt tegen mij:




"Sta op, mijn liefste! 

Kóm toch, mijn schoonste! 

Kijk maar, de winter is heen, de regentijd voorgoed voorbij!  Op het veld staan weer bloemen, de tijd om te zingen breekt aan, de roep van de tortel klinkt over het land! De vijgeboom draagt zijn eerste vruchten al, en wat ruikt de bloeiende wijnstok heerlijk. Sta op, mijn liefste, kom toch, mijn schoonste! 

Mijn duif, verscholen in de spleten van de rots, in de holten van de bergwand, laat mij je gezicht zien, laat mij je stem horen! Want je stem is zo mooi, je gezicht zo lieftallig! Vang ons de vossen, de geniepige vossen, die de wijngaard vernielen, onze wijngaard die in bloei staat!"  


[Hooglied 2:8-15]

Geen opmerkingen:

Een reactie posten