naar -11

"Tegenover het zevende gebod...

'vlucht het stelen en bedriegen'...

beschouwde ik mezelf als heel erg eerlijk. De Heer liet me zien dat terwijl in mijn huis voedsel werd verspild, de rest van de wereld honger leed. 

Hij vertelde me: 'Ik had honger, en zag wat jij deed met wat ik je gaf, en hoe je het verkwistte. Ik had het koud, en zag hoe jij verslaafd raakte aan mode en uiterlijk, en veel geld verspilde aan dure behandelingen om er slanker uit te zien. Hoe jij je lichaam tot God maakte.' 

Hij liet me zien dat ik schuldig was aan de ellende van mijn land... 

en dat ik er wel degelijk mee te maken had. 

-

Hij liet me zien... 

hoe ik elke keer dat ik over iemand roddelde, zijn eer stal. 

Het zou makkelijker zijn geweest om geld van iemand te stelen. Omdat ik dat in ieder geval had kunnen teruggeven, maar niet zo iemands reputatie. 

Ik stal van mijn kinderen...

de genade om een ​​moeder thuis te hebben, teder en liefdevol. En niet de moeder in de wereld die ze achterliet bij de tv, de computer, of de videogames voor babysitters. Om mijn geweten te sussen, kocht ik voor hen merkkleding. 

Het raakte me nog erger toen ik zag dat mijn moeder zichzelf in twijfel had getrokken, ook al was ze een heilige vrouw die ons liefhad en corrigeerde. Dus ik dacht: 'Hoe zit het met mij? Ik heb mijn kinderen niets gegeven! Hoe beangstigend, wat een enorme pijn!'

Ik schaamde me, omdat je in het Boek des Levens alles te zien krijgt zoals in een film. En ik te zien kreeg dat mijn kinderen zeiden: 'Laten we hopen dat mama niet te snel thuiskomt, hopelijk komt er een file. Want ze is zo vervelend en klaagt altijd.' 

Wat is het triest, wanneer een... driejarige jongen en een iets ouder meisje dat zeggen. 

Ik heb hun moeder van ze gestolen. 

-

Ik stal de vrede... 

die ik thuis moest geven. 

Ik heb ze door mij God niet doen kennen. Ik heb ze niet geleerd om van hun medemens te houden. Het is heel eenvoudig: als ik mijn medemens niet liefheb, heb ik niets met God te maken. Als ik geen genade heb, heb ik niets met God te maken. Omdat God liefde is en..."

[bron]