zondag 7 november 2021

kapellen 5

"Aanstonds deelde ik dit mede aan zuster Montforta... 

een zieke medezuster, de enige aan wie ik nog mijn volle vertrouwen kon schenken. 

Die zei mij: 'Ach, zusterke, doe dat toch niet, want ge overleeft het niet, wat ziet gij nu al af!' 

Hierop antwoordde ik: 'Ik moet het doen, en ik zal het ook doen, de heilige Jozef verlangt het! En al zou ik er dan op de brandstapel voor moeten sterven, zoals een Jeanne d'Arc, dat heb ik er wel graag voor over!' 

Zo sprak ik nog verder, tot opeens die zuster wenend zij: 'Maar denk toch eens goed na! Gij hebt het Klooster tegen en zelfs het Bisdom! Ge moogt met geen mensen meer spreken, geen brieven schrijven of ontvangen, en vooral moogt ge geen voet meer buiten het klooster zetten. Hoe kunt gij dan een beeldje van de heilige Jozef in de Nieuwe Wijk te Kapellen plaatsen? En zelfs, een beeldje hebt gij niet!'



Toch drong in die tijd, af en toe, via de schoolkinderen een briefje tot mij door, van mensen die mij hun nood klaagden en hulp behoefden. Anderen slaagden erin om door een zijpoort binnen te geraken, en me 's morgens voor 8 uur bij het beeld van Sint-Jozef te vinden. Ook werd mij eens een zinnebeeldige voorstelling gegund, die me sterkte en troostte...

Op de vraag van mijn medezuster: 'Hoe kunt ge een beeldje van de heilige Jozef in de Nieuwe Wijk te Kapellen geplaatst krijgen, want gij hebt er zelfs geen?'... antwoordde ik: 'Het is allemaal waar, dat kan ik niet. Maar luister, ik loop vlug naar Sint-Jozef en ik zal het hem zeggen!' 

-

Daar gekomen zei ik: 

'Luister 'ne keer heel goed, Sint-Jozef. Ik persoonlijk kan U werkelijk niet daar in de Wijk brengen, maar als Gij nu echt heel graag daar in de arme Wijk Uw intrek neemt en werkt, stuur dan de heer Pastoor van Kapellen, ofwel zijn huishoudster naar mij. 

U kan haar ook met aanbevelingen laten komen, als een van de vele mensen die dat voorheen hebben gedaan. Dan zal ik hun zeggen dat zij zullen verkrijgen wat zij verlangen, als zij Uw beeld tegen 1 mei in de Wijk te Kapellen willen plaatsen. 

Als ik één van beiden - betoogde ik verder - nu ik geen volk mag ontvangen, toch in de spreekplaats mag ontmoeten, twijfel ik er niet meer aan, dat het werkelijk Uw wens is om in de Nieuwe Wijk te staan, en daar te ijveren voor iedere in nood verkerende ziel.' 

Men mag hierbij dan niet vergeten dat mijn klooster meerdere uren van Kapellen afgelegen is."


[bron]

Geen opmerkingen:

Een reactie posten