Nadat het 21 dagen in Dedemsvaart was...
bracht ik dit wonderbaarlijke Schilderij ´Turris Davidica´ naar het Hofke te Berlicum...
in de voormiddag van 19 maart 1981.
Vijf voor twaalf kwamen we bij Elisabeth aan en zette ik het schilderij ingepakt in de zitkamer.
Om precies 12 uur baden wij allen het Angelus.
Het bleek, dat ‘s nachts om 3.45u...
Maria en ook Vader Jozef aan Elisabeth verschenen waren.
Elisabeth zei daarover:
´De Heilige Maagd was gekleed in het wit...
maar droeg een blauwe, gesluierde mantel.
Drie witte rozen hield Zij in Haar Rechterhand.
Vader Jozef was in het donkergroen gekleed...
en had duidelijk zichtbaar een klein torentje in Zijn Hand...
wat van binnenuit lichtstraaltjes schoot.
Hij hield Zijn Rechterhand op de Schouder van Zijn Bruid.
Pater Pio zag ik niet, al hoorde ik duidelijk bewegingen van de kralen van een rozenkrans.´
Maria en de H. Jozef spraken aldus:
´Elisabeth...
vandaag hebt gij niet alleen het geluk uw Hemelse Moeder te mogen ontmoeten...
doch ook nu Vader Jozef te zien op zijn feestdag.
Elke gelukwens zullen wij delen, omdat Het Kind, dat ons gegeven werd, ons de namen van ongekende grootheid gaf, namelijk Ouders van Jezus.
Bidden wij eerst gezamenlijk het Onze Vader.
Straks spreek Ik tot allen, doch eerstens zal Vader Jozef de voorkeur verleend worden, om de plaats aan te wijzen die Zijn aardse Bruid zal worden gegeven.´
Vader Jozef:
´Door de Hemelse Vader is het mij vergund, hier te mogen vertoeven, naast uw aller Moeder.
Weinige woorden zijn nodig om de plaats aan te wijzen die Maria toekomt in de bidruimte. Want zoals Zij gedurende het Stervensuur van Onze Zoon Hem ter rechterzijde bijstond, is het nu onmogelijk Haar deze ereplaats te ontnemen.
Maria, mijn lieftallige kuise Bruid, zal daarom door William worden aangebracht op de plaats waar nu het Heilig Aanschijn van Onze Zoon prijkt.
Het Heilige Gelaat Dat op het doek van Veronica achterbleef, zal de andere zijde van Zijn Kruis ontvangen.
Wanneer men later een beeld wil plaatsen van Haren Bruidegom, zal opnieuw en levendig de Heilige Familie daar voor allen te zien zijn.
Dank en groet allen, die Mij gedurende deze maand als Toonbeeld van het huiselijk leven aanroepen.
Uw zorgen zullen ook de Mijne zijn!´
De aangewezen plaats door Vader Jozef was ons duidelijk...
en ongeveer half twee kon door mij het schilderij dan ook worden opgehangen.
Vervolgens om kwart over twee, in aanwezigheid van een klein select gezelschap die de rozenkrans gezamenlijk aan het bidden waren, werd mij gevraagd het schilderij van Maria Turris Davidica te onthullen!
Na het beëindigen van de rozenkrans, bad Elisabeth de Litanie van de H. Jozef voor.
Bij het uitspreken van de woorden ´Schrik der Duivelen´...
stopte plotseling Elisabeth met vóórbidden...
op dàt ogenblik was het 14.35u.
Er kwam een Hemelse Boodschap?
Elisabeth begon vrijwel onmiddellijk te schrijven...
af en toe keek zij op in de richting van het schilderij...
14.55u stond Elisabeth op, en verzocht ons te knielen voor de Zegening.
Daarna begon Elisabeth weer te schrijven, tot precies 15.00 uur!
Toen zei ze dat Maria ons verzocht het gebed ´Tot U H. Jozef´ te bidden...
en het Magnificat te zingen.
Na het zingen van het Magnificat...
las Elisabeth voor wat Maria gezegd had.
Maria zei...
´Mijn kinderen...
hier zijn wij tezamen om in deze ruimte de Satan verre te houden van deze plaats.
Wij groeten u en zeggen u dank, dat gij zoveel liefde, maar ook geduld getoond hebt, om deze unieke afbeelding te maken, die Onze zoon William Halewijn zo prachtig heeft weergegeven.
Weet ge nu, Mijn zoon, wie u geholpen heeft bij het uitkiezen en tezamen voegen van deze kleurrijke creatie? Gods Zoon is trots, dat Zijn Moeder door jouw handen hier deze plaats heeft mogen vinden. Altijd zullen de mensen eraan herinnerd blijven, dat hun medemens van een zo ver land moest komen om dit vast te leggen op een vrij onschuldig doek. Mijn gelijkenis zal niemand ooit, nu noch in de toekomst, kunnen verbeteren. Want deze is de Toren van David, die Haar Handen uitstrekt over Alle Volkeren der aarde, waarvan Ik de Vrouwe mag zijn.
Laat altijd uw harten geopend zijn voor de smarten en weeën van uw medemensen, die zo diep getroffen worden door rampen of oorlog. Bid God de Vader, dat Hij met Zijn Barmhartige Hand de rampen zal wegnemen, opdat de duivel geen bezit meer zal ontvangen om de mens te treffen die nog durft te bidden.
Mijn kinderen, straks zal, tegelijk met het uitspreken van de woorden tijdens de Zegening, ook voor de allereerste keer hier vanaf deze plaats Pater Pio zijn Zegen aan u allen geven. Daarom vragen Wij u nederig, om tezamen met Vader Jozef te knielen, zodat Wij tezamen u Zegenen! Ik strek Mijn Mantel over u allen uit, Pater Pio Zegent u allen, in de Naam van God de Vader, Zijn Liefdevolle Zoon en de Lieftallige Schoonheid van de Bruidegom Die Zijn Bruid Maria mocht noemen.
Nu zeggen wij u dank en vragen u te bidden en te zingen als sluitgebed: ´Tot U H.Jozef´ en het Magnificat. Wij groeten u allen, en ga dan in vrede heen, want de Hemel zal u genadig wezen!´
-
Maria was verschenen tezamen met de H. Jozef, links van Haar.
Ze stonden op de grond.
Vóór de kaarsenstandaard...
waar tientallen kaarsen opbrandden...
en die rechts onder het schilderij tegen de muur was geplaatst.
Pater Pio was er ook bij, doch Elisabeth zag hem niet.
De H. Jozef knielde, toen de H.Maagd Haar Mantel over ons allen uitstrekte, en Pater Pio ons Zegende!
-
Woensdag, 25 maart 1981 was de grote dag...
en zou het schilderij van Maria als Turris Davidica voor het publiek te bezichtigen zijn...
in de bidruimte van Het Hofke te Berlicum.
Het was de feestdag van Maria Boodschap...
de aankondiging van het Woord...
door de Aartsengel Gabriël aan Maria.
William E. Halewijn
Helmond, 28 maart 1981
[bron]
Geen opmerkingen:
Een reactie posten